Eén van de grootste Nederlandse infrastructuurprojecten van de afgelopen jaren is de uitbreiding van de A9 tussen Badhoevedorp en Holendrecht. Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor dit project en gebruikte de CO2-Prestatieladder in hun aanbesteding. Het project werd gegund aan het bouwconsortium VeenIX, dat bestaat uit FCC Construcción en Macquarie Capital. Wij spraken over het project met Raúl Hortal Alonso, projectleider bij FCC. Dit Spaanse bouwbedrijf behoort tot de 15 grootste bouwbedrijven van Europa. Tijdens het gesprek bespraken we welke rol de CO2-Prestatieladder in het project speelt en welke CO2-reducerende maatregelen er zijn genomen.
De A9 tussen de knooppunten Badhoevedorp en Holendrecht is een van de drukste verbindingen van Nederland. Om de situatie hier te verbeteren, moet er veel gebeuren. Hortal Alonso: ‘De snelweg wordt verbreed naar vier rijstroken per rijrichting en er wordt een wisselbaan aangelegd die afhankelijk van de drukte geopend kan worden. Bij Amstelveen wordt de A9 verdiept aangelegd en komen er drie overkappingen met groenvoorzieningen, zodat de inwoners kunnen genieten van een park. In totaal gaat het om zo’n 10,5 kilometer die we onderhanden nemen.’
In de aanbesteding van dit project was de CO2-Prestatieladder opgenomen door Rijkswaterstaat. Hortal Alonso is blij dat FCC het hoogste certificeringsniveau (niveau 5) heeft behaald en dat hen de opdracht gegund is: ‘Werken met de CO2-Prestatieladder is een uitdaging voor ons én een kans. We leren namelijk omgaan met nieuwe standaarden en welke kennis en kunde er vereist is om een dergelijk instrument te implementeren binnen een Nederlands project. Onszelf op die manier uitdagen op het gebied van duurzaamheid is deel van ons DNA.’
Voorafgaand aan het project A9 Badhoevedorp-Holendrecht stelt FCC ambitieuze targets met betrekking tot vermindering van de CO2-uitstoot. Hortal Alonso: ‘Het gaat om een reductie van 300 ton CO2 voor scope 1. Vervolgens nog eens 300 ton voor scope 2 en 30.000 ton voor scope 3. We doen er alles aan om dat doel te bereiken.’
Om deze targets te halen implementeert FCC verschillende maatregelen. Allereerst gaat het bouwbedrijf over naar groene stroom. Door alleen groene stroom in te kopen worden de Scope 2 emissies die zijn veroorzaakt door elektriciteitsgebruik drastisch gereduceerd. Hortal Alonso voegt toe: ‘Daarnaast hebben we het gebruik van dieselbrandstof zo veel mogelijk teruggebracht voor het uitvoeren van het project. Onder andere door elektrische apparatuur te gebruiken.’
‘We hebben het gebruik van dieselbrandstof zo veel mogelijk teruggebracht voor het uitvoeren van het project. Onder andere door elektrische apparatuur te gebruiken.’ - Raúl Hortal Alonso, projectleider bij FCC
Met betrekking tot het gebruik van materialen binnen het project heeft FCC een overeenkomst gesloten met Rijkswaterstaat. Op basis van deze overeenkomst worden de oude betonnen liggers die worden ingezet in het project na gebruik niet gesloopt. In plaats daarvan worden ze hergebruikt in een ander project van Rijkswaterstaat. Hortal Alonso is blij met deze ontwikkeling: ‘Door dit soort maatregelen blijft de recycle-cirkel in stand en worden fundamentele principes van een circulaire economie nagestreefd.’
Daarnaast wordt een deel van het huidige asfalt hergebruikt bij het aanleggen van wegen in het project. Het asfalt dat er al is, wordt daarbij gebruikt bij het produceren van nieuw asfalt. Dat percentage ligt vrij hoog, meer dan 50% wordt hergebruikt. Bovendien worden de vangrails van de wegen hergebruikt. Hortal Alonso: ‘We moeten in dit project behoorlijk wat kilometers aan nieuwe vangrails plaatsen. Hierbij proberen we zoveel mogelijk van de bestaande vangrails te hergebruiken.’
Een andere maatregel waar FCC veel impact mee maakt, is het veranderen van het rijgedrag van de chauffeurs. Bij veel projecten bestaat een groot deel van de CO2-uitstoot uit het aan- en afvoeren van materialen voor de bouw. FCC heeft voor dit project een programma ontwikkeld voor de medewerkers van het bedrijf om bewustzijn te creëren rondom het rijgedrag. De chauffeurs hebben op basis daarvan een efficiëntere manier van rijden aangeleerd, waardoor ze als groep de CO2-uitstoot kunnen minimaliseren.
Minstens zo belangrijk als het nemen van al deze duurzame maatregelen, is transparant zijn over de acties die worden uitgevoerd. Hortal Alonso: 'We zijn heel transparant rondom duurzaamheid. We communiceren niet alleen intern, maar ook extern over onze progressie in het project op het gebied van CO2-reductie. Op onze site worden informatie en rapporten gedeeld die voor iedereen toegankelijk zijn.’ Maar transparantie vereist voldoende en betrouwbare informatie, en processen moeten worden gecontroleerd om de informatie te verkrijgen die FCC wil communiceren. Om die reden is, naast transparantie, het monitoren van het project van belang voor het bedrijf. Op basis van een follow-up plan wordt de progressie die de maatregelen opleveren continu in de gaten gehouden.
Hortal Alonso is tevreden als hij bekijkt wat de bovenstaande maatregelen hebben opgeleverd: ‘Al deze maatregelen bij elkaar hebben een enorm verschil gemaakt en ervoor gezorgd dat we het hoogste niveau op de Ladder hebben bereikt.’
Na ruim vier jaar met de CO2-Prestatieladder te hebben gewerkt binnen het project A9 Badhoevedorp-Holendrecht, heeft Hortal Alonso een goed beeld van het duurzaamheidsinstrument gevormd. ‘Het daagt ons uit en zorgt ervoor dat we steeds weer innovatief moeten zijn. De Ladder dwingt ons om verschillende manieren van CO2-reductie te ontdekken. Die zijn nodig om onze targets te halen. Dat is niet altijd eenvoudig, maar het levert veel op. Het hergebruiken van de betonnen liggers is hier een goed voorbeeld van. Zonder de Ladder zouden we hier niet op zijn gekomen.’
'De CO2-Prestatieladder daagt ons uit en zorgt ervoor dat we steeds weer innovatief moeten zijn. Het dwingt ons om verschillende manieren van CO2-reductie te ontdekken.' - Raúl Hortal Alonso, projectleider bij FCC
De systematiek van de CO2-Prestatieladder zorgt ervoor dat helder wordt welke acties nodig zijn om een positieve impact te maken. Naast het hergebruiken van betonnen liggers, is het veranderen van de samenstelling van het asfalt ook een mooi voorbeeld van iets dat we eerst niet in die mate deden, vertelt Hortal Alonso. ‘Materialen hebben vaak een tweede leven. Het kan zijn dat ze niet voor alle onderdelen van een ander project geschikt zijn, maar er is altijd overlap. Het is goed om daar optimaal gebruik van te maken.’
In een organisatie is het belangrijk dat de neuzen dezelfde kant op staan. Zeker als het gaat om een onderwerp als duurzaamheid. Stappen maken gaat namelijk niet vanzelf; het vergt toewijding en energie. Hortal Alonso beaamt dit en geeft aan dat dat de grootste uitdaging was bij het behalen van niveau 5 op de CO2-Prestatieladder. Hij vertelt dat de Ladder uiteindelijk heeft geholpen om draagvlak te creëren binnen FCC en in de keten. ‘Bouwbedrijven hebben een verplichting, een verantwoordelijkheid. Het beleid dat ze voeren moet een bepaalde prioriteit en focus hebben. De Ladder helpt ons daarbij. Het maakt het namelijk makkelijker om onze medewerkers en leveranciers uit te leggen waar we mee bezig zijn en waarom we bepaalde keuzes maken. Daardoor wordt de urgentie van de maatregelen die we nemen gevoeld en begrepen. Als dat er niet was geweest, zouden veel innovatieve maatregelen achterwege blijven. Je vraagt namelijk iets nieuws van de keten, van je leveranciers. Zij moeten die verandering wel accepteren. Zonder hen kunnen we niet doen wat we doen. Duurzaamheid is een taak voor iedereen en alle belanghebbenden hebben een onvermijdelijke rol te vervullen.'
'De CO2-Prestatieladder maakt het makkelijker om onze medewerkers en leveranciers uit te leggen waar we mee bezig zijn en waarom we bepaalde keuzes maken. Daardoor wordt de urgentie van de maatregelen die we nemen gevoeld en begrepen.' - Raúl Hortal Alonso, projectleider bij FCC
Daarnaast geeft Hortal Alonso aan dat zodra een team in de targets gelooft, het eigenlijk niet zo moeilijk is om deze targets te halen. Het vaststellen van specifieke targets is wel een uitdaging en dat speelde ook een rol bij het behalen van niveau 5 op de Ladder. ‘Je kan van alles beloven, maar je moet het ook waarmaken. Dus is het de uitdaging om ambitieuze en tegelijkertijd realistische targets te stellen. Daarbij is het belangrijk dat je de mogelijkheden en beperkingen van de keten kent. Leveranciers kunnen niet altijd de duurzame materialen leveren die je voor ogen hebt. Het is goed om daar rekening mee te houden in je plan van aanpak.’
Het project A9 Badhoevedorp-Holendrecht is in 2019 gestart en wordt naar verwachting in 2027 afgerond.
± €845.000.000,-
A9 tussen Badhoevedorp en Holendrecht
7 jaar (2020-2027)
Niveau 5
Gebruik van groene stroom en elektrische apparatuur, het hergebruiken van materialen, het aanpassen van het rijgedrag van de chauffeurs