arrow_back

Passages over projecten toegevoegd aan Handboek 2.1

In het Handboek CO2-Prestatieladder versie 2.1, dat verscheen op 18 juli 2012, zijn een aantal passages opgenomen die meer eenduidig moeten maken wat er verwacht wordt van bedrijven bij de uitvoering van projecten. Bij welke eisen passages zijn toegevoegd is terug te vinden in de wijzigingenlijst, die bij het verschijnen van het Handboek CO2-Prestatieladder 2.1 is uitgekomen.

Uitgangspunt bij de benadering blijft de omschrijving in paragraaf 1.2 van Bijlage D, die ook al opgenomen was in versie 2.0: ?Het certificatiesysteem legt de directe prikkel bij de bedrijfsvoering. Alle prestaties worden gevraagd op bedrijfsniveau en dienen substantieel te zijn. Een bedrijf met CO2-bewust certificaat dient als bedrijf aan de eisen op zijn niveau te voldoen, en niet per afzonderlijk project. Een essentieel kenmerk van de ladder is dat het bedrijf binnen de vrijheid van bedrijfsvoering, zelf bepaalt wat in welke projecten moet gebeuren om de bedrijfsprestaties te leveren. Wat aan CO2-bewust handelen plaatsvindt in projecten is dus een afgeleide van de bedrijfsdoelen.?


Elk project conform de eisen gesteld aan het bedrijf 

Consequentie hiervan is dat een bedrijf op ? bijvoorbeeld - niveau 5 elk project volledig laat meelopen in de aanpak van CO2 reductie van het bedrijf die op niveau 5 vereist is. Ook als een bedrijf inschrijft bij een opdrachtgever die geen CO2 gerelateerd gunningvoordeel geeft dient het bedrijft dat project geheel te laten meelopen in de bedrijfsaanpak conform niveau 5. En ook als een bedrijf bij een opdrachtgever die wel zulk gunningvoordeel geeft, inschrijft op een project met CO2 ambitieniveau 3 (mogelijk omdat de opdrachtgever in de EMVI niet hoger uitvraagt), maar in bezit is van een CO2-bewust certificaat 5, dan dient deze partij het betreffende project geheel te laten meelopen op niveau 5.

Aantonen hoe een bedrijf met projecten bezig is

Een bedrijf dient ook met bewijsstukken aan te kunnen tonen dat men op de juiste manier in projecten bezig is om - als bedrijf in zijn geheel - aan de eisen te kunnen voldoen. Bij de beoordeling van een deel van de eisen komt de hele projectenportefeuille in zijn algemeenheid aan de orde zoals bij de doelstellingen. Bij een aantal eisen is het ook nodig om informatie per project te overleggen; dat hoeft echter alleen waar het gaat om projecten waarop CO2 gerelateerd gunningvoordeel is verkregen. De zinsnede daarover (?en de projecten waarop CO2 gerelateerd gunningvoordeel is verkregen?) is aan de eisen toegevoegd om het proces van certificeren doelmatig te houden. Zie hiervoor de vermelding op pagina 77 van Handboek 2.1.


Anders gezegd, voor het voorbeeld met een certificaat op niveau 5:

-Het bedrijf dient alle projecten te behandelen conform de eisen van het bedrijfscertificaat niveau 5.

-De eisen worden gesteld aan het bedrijf en niet aan een afzonderlijk project. Wat aan CO2-bewust handelen plaatsvindt in projecten is een afgeleide van de bedrijfsdoelen.

-Het bedrijf dient dit alleen voor (sinds het verschijnen van Handboek 2.0) nieuw verworven projecten waarop CO2 gerelateerd gunningvoordeel is verkregen, ook met bewijsstukken te kunnen aantonen bij de ladderbeoordeling.

Prev:
Next: