arrow_back

5 vragen aan VNO-NCW: Kansen voor een CO2-neutrale economie

Over één ding is iedereen het eens: de CO2-arme economie moet in 2050 een realiteit zijn. Dat stelt Nick van de Sande, adviseur Energie en Klimaat bij VNO-NCW. De million dollar question die de gemoederen blijft bezighouden, is hoe de overgang naar een CO2-neutraal Nederland er dan concreet uitziet. De CO2-Prestatieladder kan hier aan bijdragen.

“De CO2-Prestatieladder legt niets op, maar daagt wel uit en levert bedrijven veel op. Daarom is het wenselijk dat steeds meer aanbestedende partijen aan de slag gaan met het duurzaamheidsinstrument”, aldus Van de Sande. SKAO stelde de adviseur Energie en Klimaat 5 vragen over de transitie naar een CO2-arme economie en alles wat daarbij komt kijken.
 

Bij ondernemersorganisatie VNO-NCW is Nick van de Sande verantwoordelijk voor de analyse en ontwikkeling van beleid op het gebied van Energie en Klimaat. Hierin worden de belangen van zowel het bedrijfsleven, de overheid en de maatschappij behartigd. Daarnaast is Van de Sande betrokken bij NL Next Level, een campagne van VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO-Nederland. De campagne maakt deel uit van een brede investeringsagenda die de positie van Nederland in de economische wereldtop moet behouden.

  1. Wat is jouw rol binnen VNO-NCW?

“Mijn werkzaamheden binnen VNO-NCW en MKB-Nederland zijn met name gericht op het energie- en klimaatbeleid in Nederland en de Europese Unie. Samen omvatten VNO-NCW en MKB Nederland zo’n 90 procent van de werkgelegenheid in Nederland.”

  1. Wat zijn volgens jou de knelpunten in de transitie naar een CO2-neutrale economie?

“Ik merk op dat zowel het bedrijfsleven als overheden en de maatschappij het grotendeels met elkaar eens zijn over het belang van een CO2-arme economie en de strijd tegen klimaatverandering. De million dollar question is hoe je een CO2-arme economie concreet bereikt.

In 2050 moet Nederland de CO2 met 80 tot 95 procent reduceren om de doelen van het Parijse Klimaatakkoord te behalen. Het akkoord stelt onder andere vast dat de opwarming van de aarde niet verder mag stijgen dan maximaal 2 graden Celsius, met als streven de temperatuurstijging tot 1,5 graden Celsius te beperken. Dit betekent een aanzienlijke CO2-reductie, waarvoor methodes als de handel in emissierechten een oplossing bieden.

Het Europees Emissiehandelssysteem (EU ETS) garandeert dat de benodigde CO2-reducties behaald worden en draagt in combinatie met een stevige innovatie-agenda en een goed investeringsklimaat bij aan de transitie. In Europa bezien we momenteel hoe de werking van het ETS-systeem verbreed en versterkt kan worden. Daarbij blijft het bedrijfsleven zich hard maken voor de totstandkoming van een mondiale CO2-prijs. Zolang er geen sprake is van een mondiaal gelijk speelveld blijft voldoende bescherming van internationaal concurrerende sectoren binnen Nederland en Europa van belang.

Versterkingen van het ETS-systeem zelf dienen op Europees niveau te worden doorgevoerd, zodat verstoring van de Europese markt wordt voorkomen. In Nederland kunnen we de transitie voor de ETS-sectoren echter versnellen door onder meer in te zetten op een toegesneden innovatie-agenda en passende financieringsarrangementen. Dit laatste geldt ook voor de niet-ETS sectoren, zoals gebouwde omgeving.

  1. Wat stelt NL Next Level dan voor om het klimaatprobleem aan te pakken?

“NL Next Level gaat over het faciliteren van transities: van fossiele energie naar hernieuwbare energie, van de ‘wegwerp’-grondstoffeneconomie naar een circulaire economie en van regionale oriëntatie naar mondialisering. Daarnaast moet de campagne de digitalisering van Nederland faciliteren en krijgen steden andere functies.

De investeringsagenda die binnen de campagne NL Next Level is ontwikkeld, omvat concrete projecten en scenario’s die niet alleen de overheid en het bedrijfsleven profijt brengen, maar veel breder voor de maatschappij. Zo hebben wij het Deltaplan Energie- en Klimaatbeleid in het leven geroepen. Het plan omvat demonstratieprojecten met CO2-afvang en –opslag, maar ook een investeringsproject waarin de aanleg van een eiland wordt voorgesteld, om de opwekking van windenergie op te schalen. Dit zijn voorbeelden van concrete investeringsprojecten, waar zowel publieke als private partijen aan bij kunnen dragen en het mes aan meerdere kanten snijdt.

In plaats van subsidies om hernieuwbare energie op te schalen, moet de overheid juist in deze projecten investeren en daarmee de overgang naar een CO2-arme economie versnellen. De ondernemingsorganisatie hoopt zoveel mogelijk van haar voorstellen terug te zien straks omdat ze breed worden gedragen.”

  1. Hoe kan de CO2-Prestatieladder bijdragen aan het streven van NL Next Level?

“Het Energieakkoord voor duurzame groei uit 2013 had een veelvoud van doelen. Zo moet Nederland zich buigen over vraagstukken op het gebied van hernieuwbare energie, energie-efficiëntie en CO2-reductie. Nu zie ik dat er een verschuiving in deze doelen plaatsvindt, namelijk dat CO2-reductie centraal staat.

Dat wil niet zeggen dat er niets moet worden gedaan aan duurzame energie en energie-efficiëntie, in tegendeel. CO2-reductie is echter een gemeenschappelijk doel geworden en heeft veel raakvlakken met de andere duurzaamheidsdoelen. Verschillende sectoren kunnen hun eigen invulling geven aan CO2-reductie, waardoor het concreet wordt.

Daar sluit de CO2-Prestatieladder naadloos bij aan. Het duurzaamheidsinstrument geeft de ondernemer namelijk de vrijheid en ruimte om zelf te bepalen hoe hij CO2-reductie het best kan organiseren. Op voorwaarde dat het bedrijf permanent blijft werken aan CO2-reductie en zijn duurzaamheidsambities aanscherpt. Daarnaast levert de CO2-Prestatieladder de onderneming geld op door middel van gunningvoordeel op aanbestedingen, maar ook de daadwerkelijke energie- en CO2-besparingen die de ladder mogelijk maakt.

De CO2-Prestatieladder legt dus niets op, maar daagt wel uit en levert bedrijven veel op. Daarom moeten steeds meer aanbestedende partijen aan de slag gaan met het duurzaamheidsinstrument. Dit zorgt voor een positieve en stimulerende benadering voor hoe je als bedrijf en als maatschappij CO2-reductie kan waarmaken.”

  1. Wie moet volgens jou het voortouw nemen in het CO2-neutraal maken van de Nederlandse economie?

“Het is bevorderend voor de CO2-neutrale economie als het nieuwe kabinet het Parijse Klimaatakkoord leidend ziet en concreet maakt voor verschillende sectoren, zoals de gebouwde omgeving, industrie, transport en mobiliteit. De overheid moet een ambitieuze langetermijndoelstelling vaststellen.

In de praktijk kan de overheid een CO2-neutrale economie uiteraard niet alleen aanjagen. Daarom moeten bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties nauw samenwerken. Verder merk ik op dat particulieren – zoals eigen huisbezitters – overtuigen een uitdaging is. Dat zie je bijvoorbeeld aan het aantal mensen dat hun woningen niet willen verduurzamen, omdat ze er te weinig voor terugzien. Ook daarin kunnen de overheid en het bedrijfsleven een grotere bijdrage leveren door het juiste voorbeeld te geven en bijvoorbeeld via eenvoudige energie-abonnementen waar onze leden ook al ervaring mee hebben opgedaan.”

Prev:
Next: